Zomaar een dorp in Paraguay

door LOEK EN HELENE SMIT

Het begin
Sluit uw ogen en probeer te denken aan Paraguay. Wat zegt u, u ziet niets? Precies, dat is nu juist de reden waarom Paraguay onze nieuwsgierigheid wekte. Op 1 oktober kwamen we vermoeid in de hoofdstad Asunción aan. Na een paar rustige dagen om te acclimatiseren vertrokken we vol goede moed richting watervallen van Iguazü.

Deze watervallen liggen op de grens van Brazilië en Argentinië, dichtbij het Paraguaanse stadje Ciudad del Este. Nu, na drie weken, bevinden we ons in de meest zuidelijke Paraguaanse stad Encarnación. Komende week steken we Argentinië door en fietsen we richting Uruguay.

We zullen proberen een beeld te schetsen van zo maar een dorp in Paraguay, San José del Campo, dat op geen enkele kaart staat. Rugzaktoeristen rijden hier bijna allemaal doorheen, denkend dat hier niets te zien is. Zij vergissen zich.

We waren 's morgens al heel vroeg opgestaan, het was eigenlijk nog nacht. Om 5:30 uur ging de wekker al, omdat we per se al om 7:00 uur op de fiets wilden zitten. De eerste dagen Paraguay hadden ons geleerd hoe slopend de verzengende hitte kan zijn. Om 12:00 uur staat de zon al zo hoog aan de hemel dat de broeierige warmte van 42 graden Celcius fietsen welhaast onmogelijk maakt. Schaduw is er niet en dus staat ons niets anders te doen dan door fietsen naar de volgende overnachtingsplaats.

In dit geval is dat het onooglijk kleine San José del Campo, waar we voor vijf gulden een bed met matras in een klein kamertje krijgen Maar een Zuid-Amerikafietser is niet veeleisend en heel tevreden leggen we onze slaapzakken op de matrassen en hangen de klamboe op. Onze gastvrouw, een ietwat gezette dame, is zojuist uit haar siësta ontwaakt en geniet van een beker mate. Ze ziet onze oververhitte gezichten en biedt ons vriendelijk ook een beker aan. Mate is Paraguaanse thee.

Op de tussenstop in Rio de Janeiro waren we voor het eerstgetuige van het geheimzinnig aandoende ritueel. Tien mannen zaten in een gesloten kring en een van hen had een thermosfles met heet water in zijn hand. In de andere hand hield hij een langwerpig potje vast waar een soort pijp uit stak met onderaan een zeefje. In het potje bevond zich een prutje van kruiden en citroenbladeren. De mate-beker ging van hand tot hand. Elke keer schonk de man een beetje warm water over het mengsel en gaf het dan door aan de volgende in de groep. Deze zoog door het pijpje de thee op. Het zeefje voorkomt ver- stopping van de pijp.

Na de mate lessen we de rest van onze dorst met cola dat in een tweeliterfles aangevoerd wordt. Onze gastvrouw weet wat tropenfiet- sers nodig hebben! De zon gaat langzaam onder en in de heerlijke koelte van de avond komt het dorp tot leven. Op een oude versleten brommer komen vier jongens aangereden die een potje willen biljarten in het cafeetje. De enige keu gaat daarbij van hand tot hand. Ze nemen de plaats in van vier andere mannen die tot onze verbazing niet lopend maar met de auto naar huis gaan. Gelukkig wil de motor starten en dan valt ons op hoe vernuftig de mensen hier zijn. Door simpelweg de achterruit weg te nemen, heeft de auto zelfs airconditioning.

Een man - die in een ossenkar komt aangereden om een zojuist geslachte koe te verkopen - komt gezellig een praatje met ons maken. Hij negeert de hier en daar van het dak vallende torren die tien centimeter lang zijn en bewegingsloos op hun rug blijven liggen. De man ontbloot zijn prachtige drie overgebleven tanden en laat ons beloven nog vele malen naar Paraguay terug te komen. Dan valt weer eens het licht uit en zien we de prachtige sterrenhemel.

We zijn behoorlijk moe en al om 21:00 uur besluiten we naar bed te gaan. Op de binnenplaats zien we, belicht door een kaarsje, moeder kip met haar kleintjes waggelen. Wanneer we de kat met een halfdode kikker zien spelen,besluiten we vannacht toch maar de deur van de slaapkamer dicht te houden. We vertrouwen erop dat we in het broeierige hok zonder ramen of andere ventilatie toch wel te kunnen slapen.